04 februari 2008

Papiamentu per Range Rover

De taal der Antillen, het Papiamentu, herinnerde me altijd aan mijn jaren als kind en later als student op het eiland Curaçao. Hoewel ik alweer 10 jaar in Nederland woon, greep ik tot voor kort elke gelegenheid aan om er weer eens wat roestige zinnen uit te sputteren. Wildvreemde Antillianen waren dan mijn aanvankelijk onwillige en even later soms gewillige slachtoffers. Deze gesprekken konden altijd en overal plaatsvinden, aan de bar (wellicht "un tiki burachi"), maar bijvoorbeeld ook op straat of in een bijna lege nachttrein. Taalkundige nostalgie maakte dan geleidelijk plaats voor Caribische.
Zoals in elk land wordt het door de inwoners gewaardeerd als je hun taal spreekt of tracht (lees: veinst) te spreken. Op mijn eerste werkdag wist ik reeds voor de lunch de dijenkletser "Danki dios ta djabierne!" (Thank god it's Friday) met juiste intonatie en - nog belangrijker - overtuiging te reproduceren. De allermooiste uitspraak die ik leerde was een variant op "Hoe gaat het?": "Kon ta bai ku bo pekinan?" Dit betekende zoveel als "Hoe gaat het met al je vrouwen behalve je eigen (vrouw)?" Een cultuuraspect zogezegd, ik verwijs u graag naar Frank Arion's boek Dubbelspel.
Toch is mij geen lieflijkere taal bekend dan het Papiamentu. Deze mix van onder andere Portugese, Nederlandse en Afrikaanse taal is met haar geringe woordenschat en grammatica echt onovertroffen eenvoudig. En juist daardoor is het zo onomwonden, eerlijk en direct. Zelfs de Zuid-Afrikaanse liedjes van Herman van Veen moeten het afleggen tegen de Tumba di Korsou-liederen die deze carnavalsdagen ongetwijfeld weer over het hele eiland te horen zijn.
Aan deze associaties is na de uitzending van Peter R. de Vries met een mokerslag een einde gekomen. Misschien heeft u zijn autoprogramma gisteravond ook op de televisie gezien? De kans is vrij groot, er keken immers 7 miljoen geïnteresseerden naar zijn extra lange uitzending over die hypermoderne Range Rover. GPS-apparatuur, track-and-trace, carkit, ingebouwde microfoons met ongekende fijngevoeligheid en dan die verborgen camera's… Je weet maar nooit waar het goed voor is!
Het was niet zozeer de auto als wel de verslaglegging door de presentatoren waaraan ik mij ergerde. Het grove taalgebruik van die ongure types – vooral die ene met zijn pet op – die deze terreinwagen helemaal van haar charme beroofden. Erger dan dat nog was het Hollands-Papiaments wat te pas en te onpas werd gebezigd, meestal vol van vloekwoorden. Een fonetische kwelling voor alle liefhebbers van het echte Papiamentu.
De openbaring van gisteravond was wat mij betreft de verloedering van een taal, die haar ogenschijnlijke onschuld dreigt te verliezen. Peter R. de Vries schotelde ons een taal in de achteruitversnelling (zou daar die "R." in zijn naam voor staan?) voor, twee tergende uren lang. Maar op de vraag of de spontaniteit van mijn Papiamentse praatjes hierdoor nu voor altijd verdwenen is, kan ik kort antwoorden: de oceaan is groot, maar ook weer niet zo groot…

Labels:

Powered by Blogger

© 2010 Datzodoende - All rights reserved